Er zijn veel verschillende soorten pigmentvlekken of bruine vlekken op de huid. Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen goedaardige en kwaadaardige pigmentvlekken, en ook tussen een naevus (naevus) en andere soorten huidpigmentatie zoals sproeten of ouderdomsvlekken. Een juiste diagnose is noodzakelijk om de beste behandelingsoptie te bepalen.
Sproeten Sproeten kunnen genetisch bepaald zijn en behandeling is niet nodig. Sproeten zijn onschadelijke pigmentvlekken die donkerder worden door blootstelling aan UV-straling en vervagen in de winter. Het aanbrengen van een goede zonnebescherming is de belangrijkste preventie om een opeenstapeling van UV-schade te voorkomen.
Ouderdomsvlekken ('levervlekken' of lentigo solaris/senilis) ontwikkelen zich geleidelijk door blootstelling aan zonlicht in de loop der jaren. Hoe ouder we worden, hoe meer vlekken er verschijnen op de delen die het meest aan de zon worden blootgesteld, zoals onze gelaat, het decolleté en de achterkant van de handen. Lichtere huidtypes hebben meer kans om ze te ontwikkelen.
Preventie door zorgvuldige UV-bescherming is de beste manier om ouderdomsvlekken en UV-schade te voorkomen.
Sproeten en ouderdomsvlekken zijn vaak esthetisch ontsierend maar goedaardig. Ze kunnen de gelaat en handen vaak een zeer onregelmatige teint geven, wat resulteert in een minder fris en ouder algemeen uiterlijk.
Ouderdomsvlekken worden meestal het efficiëntst behandeld met pigmentlaser, IPL, chemische peelings of cryotherapie. Huidverzorgingscrèmes kunnen de vlekken lichter maken en het gebruik van de juiste huidproducten is cruciaal als nazorg na laserbehandelingen; het vermindert ook het verschijnen van nieuwe vlekken. Jaarlijkse verzorgingsbehandelingen in de herfst of winter worden aanbevolen, omdat ontregelde melanocyten (de cellen die pigment produceren) altijd nieuwe pigmentvlekken creëren bij blootstelling aan zonlicht. Een goede UV-bescherming blijft essentieel om verdere huidbeschadiging te voorkomen.